Wat is Franse uiensoep?

Uiensoep, of op zijn Frans soupe à l’oignon (spreek uit: ‘soep ah lun-JON’), is een eenvoudige soep met een diepe, intens hartige smaak, getrokken van uien die zijn gekaramelliseerd in boter. Erbovenop ligt vaste prik een dun sneetje stokbrood met daarop een rijkelijke hoeveelheid geraspte kaas, die onder een grill of in de oven wordt gegratineerd. Een goede uiensoep is niet te waterig, niet te zout, niet te bleek. Hij is net een beetje zoetig, maar (je raadt het al) niet té.

Uiensoep heeft geen duidelijke herkomst, laat staan een ‘uitvinder’. Het gebruik van uien in de keuken was al in de Romeinse tijd populair en uien waren gezond. Geen wonder dus dat uien al sinds de veertiende eeuw in boeken en op pamfletten wordt genoemd.

Toch zijn er kenners die beweren dat we de soep aan Koning Louis XV te danken hebben. Hij zou na een dag jagen zijn thuisgekomen en niets meer dat wat uien, boter en champagne in zijn keuken hebben gevonden, waar hij soep van trok. Anderen kennen de eer toe aan de hertog van Lotharingen (tevens ex-koning van Polen), Stanislaus Leszczynski. Hij at de soep in een hotel en was zo betoverd, dat hij het recept mee naar huis nam. Deze versie, de Stanislaus-soep, werd ook opgenomen in de beroemde Grand dictionaire de cuisine (1873).

De toevoeging van die lekkere crouton met gegratineerde kaas erbovenop stamt uit de keukens van de soepstalletjes in Les Halles, de grote markthallen van Parijs Daar was de soep zowel een goedkoop ontbijt voor de werkmannen van Les Halles als tegelijkertijd een nachtelijke snack voor de rijke nachtbrakers van de stad. Uiensoep als middel tegen een kater.