Wat is kumpir?

Het Turkse streetfood kumpir (spreek uit: ‘koem-PIER’) is een gepofte aardappel die wordt opengesneden en bedolven onder een berg toppings waar je u tegen zegt, van maiskorrels tot erwten, van tonijnvlokken tot kisir (bulgursalade). Kaas en boter mogen zeker niet ontbreken. De snack, die in de praktijk eerder een hele maaltijd dan een tussendoortje is, is immens populair in heel Turkije.

Wat is er zo bijzonder aan een gepofte aardappel, zul je misschien denken. Maar de kumpir heeft in Istanbul zowat mythische proporties aangenomen. Letterlijk en figuurlijk! Dé plek op aarde waar je een kumpir gegeten moet hebben, ligt in de Istanbulse wijk Ortaköy. Daar ligt een met kinderkopjes betegeld steegje, dat van de hoofdweg naar de rivier de Bosporus loopt en bezaaid is met kumpir-stalletjes. Het straatje wordt door de locals kumpir sokak (gepofte-aardappelstraat) genoemd. De koopmannen lokken hun klanten met beloftes van grotere aardappels en meer sauzen. De een heeft zijn toppings nog hoger opgestapeld dan de ander.

Kumpir komt volgens sommigen oorspronkelijk uit de Balkan, waar het gerecht min of meer hetzelfde heet: krumpir in Kroatië en krompir in Servië, bijvoorbeeld. Anderen beweren juist precies het omgekeerde, namelijk dat de Ottomanen bij het uitbreiden van hun rijk de aardappel hebben geïntroduceerd in de Balkan. De Duitsers claimen dan weer dat de naam bij hen vandaan komt: grumbeere zijn aardappels in het Paltse dialect. Hoe dan ook, het zijn de Turken die het gerecht hebben omarmd en naar eigen smaak aangepast.